Laten we meteen eerlijk zijn: data verschillen per land, maar in bijna alle westerse landen springt één ding eruit: de maand met de meeste geboortes per maand valt opvallend vaak in het begin van de herfst. In Nederland en België zie je vaak een piek in september. Dat betekent dat veel concepties dus rond de feestdagen in december plaatsvinden. Dat klinkt grappig — maar het past bij meerdere statistieken.
De maand met de meeste geboortes per maand hangt sterk samen met de decemberperiode, en dat terwijl december niet per se een warme maand is. Dat laat zien dat warmte niet de belangrijkste factor is, maar tijd. Tijdens kerst en Nieuwjaar zijn mensen thuis, familiedynamiek is anders, er is minder routine, minder deadlines en meer intimiteit. En precies negen maanden verder, komt daar de maand met de meeste geboortes per maand uit voort.
Onderzoekers vergelijken dit soms met de babyboom die je ook ziet na grote stroomstoringen of grote sneeuwstormen: mensen blijven binnen, hebben tijd, zoeken verbinding. Maar dit patroon komt elk jaar terug. Niet als uitzondering, maar als regel. Dat maakt de statistiek veel sterker. Want als één keer een piek voorkomt, kun je nog denken: toeval. Maar als het bijna ieder jaar dezelfde maand is, komt er een patroon naar boven dat bijna voorspelbaar wordt. De decemberfeestdagen zijn dus een denkbare oorzaak.
Lente en zomer zitten vol energie voor buiten. In de herfst verschuift er iets in ons ritme: we gaan weer “naar binnen”, letterlijk en figuurlijk. Maar de interessante statistiek is dat die psychologische seizoenscyclus niet de belangrijkste is. De maand met de meeste geboortes per maand schuift namelijk niet naar een warme periode, maar naar een periode van sociale ontspanning, loslaten van verplichtingen en het einde van het jaar.
De jaargrens geeft mensen altijd een gevoel van afronding en afsluiting. En wanneer mensen afsluiten, reflecteren ze en worden ze soms zachter naar elkaar toe. Dat zie je zelfs in enquêtes: december is een van de maanden waarin mensen hun relatie als meest verbonden beoordelen.
Dat effect vertaalt zich door de kalender: je hebt vaak in september de meeste geboortes per maand, daarna oktober en augustus als grote nummers 2 en 3 in veel landen. Het seizoen waarin er daadwerkelijk kinderen worden gemaakt, is dus minder gekoppeld aan lentegevoel en veel meer aan “we hebben even rust, het jaar loopt af, we zijn samen thuis”.
Het zegt vooral dat mensen voorspelbaar zijn — maar niet in de manier die men verwacht. Niet warmte bepaalt conceptie, maar tijd en ritme. Niet zonuren, maar vrijuren. De data over de maand met de meeste geboortes per maand laten dus vooral zien dat we rituelen hebben zonder dat we dat doorhebben. Feestdagen, extra vrije dagen, het weghalen van routine, en samen eten rond de eettafel: dát maakt conceptie waarschijnlijker. Zelfs in landen waar kerst vooral seculier is, blijft hetzelfde patroon zichtbaar. En dat maakt dit onderwerp zo fascinerend.
Als je dit resultaat opslaat, kun je het later terugvinden in je account.